zondag 7 februari 2010

Kwartje valt onze kant op

Roeland Pruijssers

Bord 1: Van Delft 2381 – Van den Doel 2580
Voorafgaand aan deze partij was vastgesteld dat Merijn nog één GM nodig had om volledig voor een GM-norm te kunnen gaan. En met Erik als tegenstander werd hier aan voldaan. In het begin was het een nogal tamme partij. Er werden heel wat stukken afgeruild, onder andere de dames, waardoor er een symmetrische pionnenstructuur en gelijke materiaalverhouding tot stand kwam. Zwart leek echter wat druk op de witte koningsstelling te hebben en na een gunstige pionnenruil, werd de strijd opeens dubbelzijdig. Merijn werd misschien iets te gretig en ging wellicht met 41. g4 in de fout. Zwart won een pion en, zo bleek, ook de partij.

Bord 2: Burg 2465 – Kuipers 2340
Stefan heeft met een TPR van 2540 ook een mooie uitgangspositie voor een GM-norm. Het probleem was echter dat hij nog twee GM’s nodig had in de komende vier partijen. De enige kans was om vandaag Van den Doel tegen zich te krijgen, aangezien SMB en LSG geen GM’s hebben, en dan in de laatste ronde tegen Swinkels van Utrecht.

Desalniettemin kwam Stefan goed uit de opening. Rond zet 20 was het duidelijk dat zwart een initiatief had, in een door zwart geliefde Slavische opening, zonder echt tegenspel. Dit tegenspel leek zich daarna te gaan ontwikkelen, maar dat bleek schijn. Zwart kreeg een heerlijk solide stelling en het pionoffer van wit zorgde voor het benodigde winstmateriaal wat zich later in nog een pion uitte en nog weer later in de partij.

Bord 3: Siebrecht 2468 – Van der Stricht 2391
In een volgens mij Dame-Indische opening kwam een bekend pionoffer op het bord dat zorgvuldige door beide speler gespeeld werd. Zwart verdedigde goed tegen het initiatief van zijn tegenstander, waardoor er een totaal gelijke stelling met ongelijke lopers, een symmetrische pionnenstructuur en gelijke materiaalverhouding tot stand kwam. Wit probeerde nog wel een koningsaanval op te zetten, maar wist de remise niet te vermijden.

Bord 4: Broekmeulen 2352 – Kabatianski 2432
Hier werd het een gesloten Siciliaans, waarbij wit het initiatief zocht op de koningsvleugel en zwart op de damevleugel. Het werd echter al gauw duidelijk dat wit de betere kansen had. Zwart offerde hierop een pion, wat in iets meer kansen resulteerde, maar gaf er daarna nog eentje weg, wat wel fataal genoemd kan worden. Wit kwam zelfs drie pionnen voor en maakte dit goed af.

Bord 5: Pruijssers 2428 – Abeln 2329
Dit werd een gebruikelijke 15-zet lange theoretische Caro-Kann variant. Hierna was ik echter out of book en dacht lang na om de juiste voortzetting te vinden. Het resulteerde in een pionoffer in ruil voor initiatief. Omdat de zwarte dame niet echt meedeed was het initiatief tamelijk vervelend en moest er toch nauwkeurig gespeeld worden door zwart om gelijkspel te krijgen. Het ging lange tijd goed, maar na een misrekening in het toreneindspel kon ik een naar mijn idee winnend toreneindspel binnenslepen. Toen ik later nog een pion leek te winnen, werd het 1-0.

Bord 6: Span 2309 – Bitalzadeh 2422
Hier werd het een afruil Koning-Indisch dat door zwart niet goed behandeld werd. Wit had een langdurig initiatief door middel van een sterke zwartveldige loper, maar zwart verdedigde kranig. Wit wist zijn voordeel niet om te zetten in iets concreets, waardoor er uiteindelijk voor remise getekend werd.

Bord 7: Zaragatski 2469 – Sprangers 2248
Wit deed hier in de opening niet veel bijzonders. Zwart leek prima te staan, maar naarmate de partij vorderde, kwam wit steeds beter te staan. De witveldige lopers werden geruild, wat ervoor zorgde dat de witte velden enorm zwak werden. In combinatie met een sterke aanval via de damevleugel van wit, zorgde dit ervoor dat zwart moest capituleren.

Bord 9: Van de Oudeweetering 2321 – Welling 2358
Een Scandinaviër met 2…Pf6. Wit kwam volgens mij ietsje beter uit de opening, maar er kwam nooit enige vorm van voordeel tot stand. Na 27 zetten werd er tot remise besloten.

Bord 10: Van Kerkhof 2223 – Zwirs 2087
Net zoals we in de uitwedstrijd tegen Rotterdam een jonge knaap lieten meespelen (in dat geval de 11-jarige Thomas Beerdsen) werd ook nu een jong talent gevraagd mee te spelen in het eerste van Apeldoorn. Nico Zwirs kwam tegen David van Kerkhof naar mijn idee goed uit de opening zonder al te veel problemen. Er kwam een stelling op het bord waarbij Van Kerkhof de betere loper had, maar die nog niet mee kon laten spelen met de andere stukken. Om dit voor elkaar te krijgen, speelde hij een correcte combinatie met een pionoffer gevolgd door een kwaliteitsoffer in ruil voor flinke schade aan de zwarte koningsstelling, aardig wat matdreigingen en minimaal remise. Het was echter al voorbij. Zwart had geen kans om zich te verdedigen en zo eindigde het debuut van Nico in een nederlaag.

Bord 8: Ondersteijn 2284 – Rijnaarts 2310
Ja, ik heb deze partijbespreking maar voor het laatst bewaard, omdat deze ten eerste ook het laatst klaar was en ten tweede omdat het ook het beslissende punt met zich meebracht. Het lijkt wel traditie, want de laatste paar jaren is er regelmatig in de match tussen HMC en Apeldoorn zo’n beslissende partij geweest. Zo herinner ik me nog Georgios Souleidis – Jan Willem de Jong, een partij waarin Georgios een gewonnen stelling had, maar veel te lang nadacht en in plaats van zettenherhaling toch nog probeerde in een paar seconden de winst te pakken. Helaas viel zijn vlag en kreeg HMC de matchpunten.

In de partij van dit jaar kwam er een middenspel op het bord met meer ruimte voor zwart, maar een betere pionnenstructuur voor wit. Beiden hadden één echt zwakke pion die beiden ook flink onder druk zetten. Het bleef een tijdje vaststaan, totdat wit met 38.g4 een goede winstpoging deed. Zwart verdedigde goed en het leek dat wit uiteindelijk een zetherhaling zou moeten gaan nemen, maar toen kwam de bokzet 45…Df7?. Wit kon toen een eindspel ingaan met een dame en een pion tegen twee torens die met de zwakke pionnen van zwart duidelijk beter was voor wit.

Het stond toen 4,5 – 3,5 voor Apeldoorn met alleen deze partij en bord 1 nog bezig. De score leek zich dus om te buigen tot een 4,5 – 5,5 voor HMC. Maar net toen bord 1 afgelopen was en de score dus 4,5 – 4,5 stond, kwam de jaarlijkse blunder weer tevoorschijn.

Ik stond tussen de twee nog bezig zijnde borden in en was inderdaad bang dat Apeldoorn toch nog gingen verliezen. Ik zag dat Niels Ondersteijn het eindspel prima uitspeelde en de pogingen van Sjef niet veel uithaalden. Dus draaide ik me om richting bord 1 om te kijken of Merijn toch nog remise kon maken. Ik besloot dat het waarschijnlijk niet meer zou gaan gebeuren. Ik draaide me weer om richting de partij van Sjef en toen zag ik opeens dat zwart een trucje in de stelling bracht. Huh?

Wit was iets te ver gegaan in zijn pionnenopmars en moest - zo bleek later - eigenlijk remise afstaan. De zetten werden ook herhaald en toen dacht ik dus: ‘Nou mooi!’ Niels speelde toen door, ging remise uit de weg, en ik had al gezien dat dat niet kon dus ik draaide me haastig om zodat de beide spelers mijn emotionele reactie niet zouden kunnen zien, want als Niels doorspeelde kon Sjef winnen!

Het duurde echter een paar seconden en het was een zware partij geweest, dus ik zat in spanning te wachten totdat Sjef de winnende zet zou spelen waardoor wit a) een dame moest geven of b) mat. Sjef deed de winnende zet. 0-1

Ditmaal is het kwartje onze kant op gevallen in een spannende match met mooie en goede partijen waar veel strijd in zat. Nooit werd echt van de 5-5 afgeweken tot aan de laatste partij. Daarnaast is onze debutant Nico Zwirs weer een mooie ervaring rijker en is Apeldoorn nu definitief uit de degradatiezone, terwijl HMC nog niet veilig is.
   HMC Calder            2354 - Homburg Apeldoorn    2398 4½ - 5½
1. GM Erik van den Doel 2580 - IM M. van Delft 2391 1 - 0
2. FM Twan Burg 2465 - FM S. Kuipers 2340 0 - 1
3. IM Geert vd Stricht 2392 - GM S. Siebrecht 2468 ½ - ½
4. FM Jasper Broekmeulen 2352 - IM A. Kabatianski 2432 1 - 0
5. FM Michiel Abeln 2329 - IM R. Pruijssers 2428 0 - 1
6. FM Paul Span 2309 - IM A. Bitalzadeh 2422 ½ - ½
7. CM Remco Sprangers 2248 - IM I. Zaragatski 2469 0 - 1
8. FM Niels Ondersteijn 2284 - FM S. Rijnaarts 2310 0 - 1
9. IM Gerard Welling 2358 - IM A. vd O'weetering 2321 ½ - ½
10. David van Kerkhof 2223 - Nico Zwirs 2087 1 - 0

Wüsteveldjes, Haitsmaatjes en Beekhuisjes

Henk Vinkes

De ontknoping in de 2e klasse A komt met rasse schreden dichterbij, hoewel daar wel de aantekening bij moet worden gemaakt dat na deze 6e ronde de stand een scheef beeld geeft. Nog steeds moeten drie wedstrijden worden gespeeld die vanwege het slechte weer afgelast werden. En daar zit onze grootste concurrent bij, Max Euwe uit Enschede. We mogen er gevoeglijk van uit gaan dat zij geen problemen zullen hebben met Haren 1/SISSA. Het team waar wij het de 6e ronde tegen op mochten nemen.

Als je de gemiddelden qua ELO-rating bekijkt, zou dat ook voor ons weinig problemen moeten hebben gegeven. Toch leek het er in de loop van de middag op dat het allemaal niet zo soepel zou gaan als we ons hadden voorgesteld. Een wijsheid van het schaken zegt dat je een partij die gewonnen staat eerst nog maar moet winnen, en dit was hier ook een beetje van toepassing. De wijsheid van Erik Smit is dat het ELO-voordeel na 3 uur spelen pas tot uiting komt, en daar bleek iets van waarheid in te zitten. Tevens beginnen er zo onderhand een aantal spelers hun namen te koppelen aan een partijverloop. Zo hadden we sinds een wedstrijd tegen BSG al een Wüsteveldje, dat voor Schaakmaters en Homburgers inhoudt dat je toreneindspel dat remise is, toch verliest. Dan hebben we een Beekhuisje waarbij je eerst totaal verloren moet staan, en dan toch met geniepige trucjes remise pakt of wint, en sinds kort het Haitsmaatje. Daarbij overschrijdt je volkomen verbouwereerd de bedenktijd met opmerkingen in de trant van: goh, wat gaat die tijd snel, en niemand vertelt me ook iets...

Dan de wedstrijd, zoals gezegd duurde het even voordat er tekening in de strijd kwam. Op het eerste bord had Armen een enorme voorsprong in bedenktijd opgebouwd en leek Ready for the Kill. Maarten Beekhuis was een Beekhuisje aan het creëren, Tom rekte zich nog maar eens uit en kon zijn zetten nog maar net noteren. Holger musste da für sorgen dass er zeitig seinen Zug hollte. Erik begon zich langzaam te realiseren dat hier een Haitsmaatje in de maak was. Freddie was intussen opgewarmd en was ook klaar om het vuur stevig op te stoken. Marcel had dan toch liever aan bord 2 gezeten, want dan had hij geweten wat er op het bord zou komen, en Martin had eigenlijk het naaiwerk van zijn moeder over kunnen nemen, want op het bord was hij weinig bijzonders aan het breien.

De score werd geopend door Freddie van der Elburg die weinig te duchten had van Erwin Heijnen. In een Hollandse partij behield hij makkelijk het evenwicht en het was wachten op de eerste en misschien beslissende fout van Erwin. Het duurde niet lang voordat die gemaakt was en daarna was het ook gelijk uit. Na 22.fxe5 wint Freddie een kwal en dat verschil was Erwin reden genoeg om te concluderen dat hij er verder geen zin meer in had, hij gaf op.

Het duurde even voordat de tegenstander van Erik Smit aan het bord verscheen, maar toen ik hem binnen zag komen vertelde ik Martin het verhaal van een paar seizoenen geleden waarin Anne Haitsma de legendarische opmerking maakte toen hij de tijd overschreed: Er is ook niemand die mij vertelt dat ik weinig meer heb... Erik kon zich het voorval ook nog goed herinneren, en wist dat ongeveer hetzelfde ook eens gebeurde in een wedstrijd tegen Hardenberg. Het Haitsmaatje was geboren! Met toenemende verbazing zag Erik het weer gebeuren, hij had intussen een voordelige stelling opgebouwd, maar beslissend voor de partij was het nog niet. Maar toen Haitsma nog ongeveer 10 minuten op de klok had, begon hij lang na te denken, met het te verwachten resultaat. Weer overschreed hij de tijd, en weer was hij hier min of meer verbaasd over. We waren soepel op een 2-0 voorsprong gekomen. Het ELO-verschil kwam in het 4e uur volledig tot uiting.

Armen had zijn huiswerk uitstekend gedaan en gebruikte voor zijn eerste 25 zetten maar 5 minuten terwijl Paul van Linde zeeën van tijd nodig had dit theoretische duel bij te houden. Maar het lukte hem toch wonderwel, want tot ongeveer die 25 zetten was het allemaal theorie. De stelling ziet er wild en open uit en het kan nog alle kanten op. Misschien doordat Armen daarna langer (misschien toch te kort) is gaan nadenken ging hij uiteindelijk in de fout. Het slaan van de pion op f7 gaf zwart de gelegenheid zich los te wrikken en de aanval over te nemen. Getergd door de gemiste kansen ging het snel bergafwaarts met Armen, en toen de dame viel gaf hij op. Het is niet leuk als je goed speelt en dan toch verliest, maar die dingen horen er nu eenmaal bij. Wie of wat het heeft moeten ontgelden tijdens het afreageren van Armen is niet bekend, maar laten we hopen dat hij dat in de komende wedstrijden doet. Het was een kleine tegenvaller, maar gelukkig ving het team dat uitermate soepel op.

Marcel zag in de aanloop naar deze wedstrijd allerlei remisespoken opdoemen en daar had hij weinig zin in. De zeer goede score tot nu toe in deze competitie wordt alleen maar overschaduwd door “Geen Genade” Manuel Bosboom. Maar hij had het nodige geluk aan zijn zijde, Holger zag het spook al breeduit lachen, alleen Ico van der Born zag het niet. Na de zet 12.f4 van Marcel had hij met Te8 een pion kunnen winnen en was het anders gelopen dan nu. En zoals dan vaak gebeurt krijg je daarna de kous op de kop, maar dat duurde tot net voor de tijdcontrole. Marcel kon een toren offeren die hij direct weer terug kreeg, maar het kwaad was al geschied. Onder de druk van de klok gaf zijn tegenstander de dame weg, en dan heeft het weinig zin meer om door te spelen. De misstap van Armen was direct weer rechtgezet. 3-1 voorsprong.

Holger was 's morgens vroeg op pad gegaan en na een barre tocht van ongeveer 4 uur in Haren gearriveerd, met gelijk de mededeling dat het gunstigst voor hem was als hij de trein terug om 17.45 uur kon nemen. Hij speelde een lastige partij, stond constant met de rug tegen de muur en was duidelijk niet tevreden. Maar in het belang van het team geef je niet snel remise of laat je je partij verloren gaan. Maar in tijdnood had dan niets meer te vertellen en ging er vanuit dat hij snel op zou kunnen geven. Weibe Wielenga bouwde langzaam maar zeker een gewonnen stelling op. Maar in tijdnood gebeuren er weer rare dingen. Holger doet een verdigingszet met de loper waar wit dan net mee naar het verkeerde veld gaat, met als gevolg dat de stelling remise is. Een eindspel met ongelijke lopers. Een Beekhuisje zoals hij zo graag ook eens wilde is zijn deel.

Al na zo’n 15-18 zetten heeft Tom Meurs een duidelijke betere stelling. Sterke pion op d6, zwart met een uitgerangeerde dame op a1 zonder functie, en wit die kan zoeken naar de winnende combinatie. Om die te vinden blijkt er toch nog meer nodig te zijn, vooral als de tijd weer begint te dringen en met veel trucs in de stelling. Maar Tom weet het onder de druk van de klok allemaal prachtig te pareren. Als je het allemaal ziet gebeuren vanaf de 30e zet, verbaas je je erover dat het precies lijkt te kloppen, elke zet heeft de juiste functie. Het opschuiven van pion c4 valt de zwarte toren aan en daarmee dekt de loper het paard op a5. Alsof het van te voren bedacht is. Maar terwijl de stukken over het bord vliegen ziet het notatieformulier geen pen boven en op zich verschijnen. In wederzijdse razende tijdnood is het maar afwachten of er genoeg zetten zijn gedaan. Het belendende bord biedt daarna uitkomst en al snel is het duidelijk dat er 42 zetten gedaan zijn. Daarna bezegelt één winnende zet van Tom het lot, hij brengt de definitieve winst binnen. Het staat 4½-1½.

Dan nog twee partijen die het saldo van de bordpunten moeten opschroeven. Dat daar 1½ punt uit voort zou komen, had je eerder in de middag niet kunnen voorspellen. Zowel Martin als Maarten zijn goed weggekomen. Martin speelde tegen de nestor van het Harense schaken Conrad Mostertman. Lang hield Conrad Martin onder druk, maar een moment van onachtzaamheid deed de kansen keren. Conrad Mostertman gaf een kwaliteit, maar in plaats daarvan had hij beter gulzig een pion mee kunnen nemen en daarmee ook het initiatief in de partij kunnen behouden. Nu moest hij eerst het mat achter de paaltjes uit de stelling halen, wat Martin de tijd gaf de a-pion te verorberen. En zoals het dan vaker gaat, gaat het van kwaad tot erger. In het eindspel dat volgt blijkt Martin net iets handiger en loodst hij de winst binnen. Zijn commentaar was eenvoudig, maar alleszeggend: Ik heb even een Beekhuisje gedaan.

Maar er gaat natuurlijk niets boven het Beekhuisje zoals de Meester Beekhuis het zelf doet. Gezeteld aan bord 2 mag hij het opnemen tegen Bert van der Leest, en het is een zware partij. Na de opening en in het vroege middenspel staat hij heus niet slechter, maar er zitten allerlei trucjes in de stelling, en je moet het maar net op de juiste manier pareren en er niet in ondergaan. Hij heeft zelf ook genoeg tegendreigingen in de stelling gebracht, dus dat weegt tegen elkaar op. De vergevorderde c-pion zorgt voor genoeg onrust in het witte kamp. Maar Van der Leest gaat zelf op pad met de e-pion, en die is ook niet te stoppen. Maarten is genoodzaakt de toren te geven tegen een loper, en als die verwikkelingen voorbij zijn is Bert net iets te enthousiast in het nemen van de c-pion. Wat een totaal gewonnen stelling bleek, werd door een grafzet omgetoverd in een rasecht Beekhuisje van de zuiverste soort. De stelling is daarna gewonnen voor Maarten, maar hij gunt de beide torens net iets teveel vrijheid en eetlust als het om pionnen gaat. De partij verzandt in remise waar we tevreden mee moeten zijn. Maar ja, je hebt wel te maken met “De Maarten Beekhuis”.

En zo verlaten we het Hoge Noorden met een afgetekende overwinning. De concurrentie begaat ditmaal geen misstap en blijft goed volgen. Max Euwe moet nog de afgelaste wedstrijd tegen Haren inhalen, maar we mogen er gevoeglijk van uit gaan dat ze die zullen winnen. Ze staan al met 2-0 voor na de vooruit gespeelde partijen. En dan is er de volgende ronde waarin we tegen Max Euwe mogen spelen, en die wedstrijd zal waarschijnlijk beslissend zijn voor het kampioenschap in deze klasse. Net als dat twee seizoenen geleden was. En Passant lijkt er op te wachten dat we in de fout gaan, maar tot nu toe zijn we hen nog niet tot dienst geweest, en dat zijn we ook niet van plan.
   Haren 1/SISSA     2009 - Homburg Apeldoorn 2 2150  2 - 6
1. Paul van Linde 2149 - Armen Hachijan 2072 1 - 0
2. Bert vd Leest 2033 - Maarten Beekhuis 2130 ½ - ½
3. Jeroen Weggen 2072 - Tom Meurs 2212 0 - 1
4. Wiebe Wielenga 2043 - Holger Lehmann 2185 ½ - ½
5. Anne Haitsma 2029 - Erik Smit 2208 0 - 1
6. Erwin Heijnen 1906 - Freddie vd Elburg 2131 0 - 1
7. Ico van den Born 1903 - Marcel Boel 2192 0 - 1
8. Conrad Mostertman 1937 - Martin van Dommelen 2068 0 - 1

't Andere verslag

Prima remise tegen een koploper

Marco Beerdsen

De Pion - Homburg 3 was afgelopen zaterdag in Groesbeek een lastige wedstrijd tegen een van de koplopers, waarbij uiteindelijk een prima 4-4 werd behaald. Nikolai en Mark wisten fraai te winnen.

Thomas speelde een lastige, complexe partij tegen Jasper Bons (2041). Op een gegeven moment raakte een van zijn lopers ingesloten. Hij knokte echter met volle overtuiging en wist uiteindelijk, na een hele lange zit, op knappe wijze de partij naar remise te sturen.
   PION              2061 - Homburg Apeldoorn 3 1986  4 - 4
1. Luuk de Ruijter 2148 - Harrie de Bie 2109 ½ - ½
2. Jan Fleuren 2117 - Gonzalo Tangarife 2045 ½ - ½
3. Wim Molenkamp 2056 - Nikolai Kabanof 2142 0 - 1
4. Theo Wijnhoven 2074 - Mark Brussen 2018 0 - 1
5. Olav Schoonenberg 2079 - René Nijland 1964 1 - 0
6. Leo Wijnhoven 2035 - Robert Verkruissen 1881 ½ - ½
7. Jasper Bons 2041 - Thomas Beerdsen 1851 ½ - ½
8. Wopke Veenstra 1939 - Johan Engelen 1879 1 - 0