zondag 13 maart 2011

Mooi dagje voor Apeldoorn

Roeland Pruijssers

Om 13.00 werd er zoals gewoonlijk gespeeld in de kerk en het werd een mooi dagje voor Apeldoorn. Niet alleen omdat het eerste won, maar ook omdat het tweede en het derde van Apeldoorn wisten te winnen. In de Meesterklasse-wedstrijd nam Apeldoorn vanaf het begin de leiding en liet die niet meer los. Hieronder een korte samenvatting van alle partijen, waarbij de eerstgenoemde speelt voor Apeldoorn.

Op bord 1 speelde Arthur Jussupow met zwart weer een keer met ons team mee. Hij moest tegen Rafael Fridman, waarbij het evenwicht na een niet al te scherpe opening nooit echt verbroken werd. Alhoewel zwart een geweldige truc had gemist om de partij in één klap te beëindigen. In de analyse kwam 19...Pc3! naar voren, wat minimaal een kwaliteit had opgeleverd.

Op bord 2 speelde Alexander Kabatianski met wit tegen Nicolas Lubbe. Alexander kwam redelijk met een voordeeltje uit de opening dat groter werd nadat zwart de stelling opende met 14...d5. Wit kon hiermee geforceerd een pion winnen met ook nog eens een heel goede stelling. Stukken werden afgeruild en het eindspel met een pion meer werd zonder moeilijkheden door wit gewonnen.

Op bord 3 speelde ik met zwart tegen het jonge talent Zyon Kollen. De partij werd een niet al te boeiende afruil-Spaans waar in de eerste twintig zetten heel veel werd afgeruild. Uiteindelijk kwamen we in een pionneneindspel dat niet al te moeilijk remise te houden was.

Op bord 4 speelde Sebastian Siebrecht met wit tegen Vyacheslav Klyuner. Deze partij mocht ik zelf nog op de publieksexplicatie uitleggen en ik vond het een mooie partij. Sebastian had een klein voordeeltje uit de opening en lokte op de vijftiende zet de Oekraïner in een pionoffer. De pion werd genomen, maar daarvoor kwam diens paard wel in een lastig pakket. Zwart speelde het niet correct en wit kon een paar zetten later materiaal gaan cashen met beslissend voordeel, wat ook netjes uitgespeeld werd.

Op bord 5 speelde Ilja Zaragatski met zwart tegen Paul Bierenbroodspot. De opening transformeerde zich in een soort Frans, waar wit er met 10.f5 ambitieus inging. Het bleek echter de witte stelling te verslechteren en zwart kreeg dan ook een comfortabel pionnencentrum. Beiden manoeuvreerden ze wat met hun stukken totdat wit met 22.Lg6 materiaal verloor. Het leidde tot een stukoffer en heel veel tactiek en offers waarna zwart uiteindelijk aan het langste eind trok.

Op bord 6 moest Merjin van Delft met wit tegen Ron Wagenaar. Het werd een Pirc waarin wit beter leek te staan. Maar de partij werd heel rommelig in het middenspel, waarin zwart waarschijnlijk net iets prettiger stond. Zwart kreeg initiatief, maar wit wist zijn stelling te behouden wat resulteerde in een dame-paard tegen dame-loper eindspel met drie tegen drie pionnen op dezelfde vleugel. Er werd nog even doorgespeeld, maar remise was onvermijdelijk.

Op bord 7 kwam de alom gevreesde Stapelbed-variant op het bord, wat betekent een Slav met g6. Stefan Kuipers speelde met zwart tegen Jaap Vogel en wit kreeg een heel goede stelling op het bord vanwege de zwakke zwarte pionnen op de damevleugel. Wit kwam een pion voor in het middenspel, waarna de dames geruild werden en wit zijn voordeel probeerde uit te bouwen. Wit had nog steeds voordeel op de 32e zet en kon nog proberen om het eindspel met een pion meer te winnen. Maar er werd besloten tot een zettenherhaling.

Op bord 8 speelde Arthur van de Oudeweetering met wit tegen Michael Feygin een klassieke variant van het Frans. Wit had iets meer ruimte waar tegenover een solide stelling van zwart stond. Wit kreeg een goede stelling met een mooie blokkade op d4, maar miste op de negentiende zet een tactisch idee van zwart. Wit werd onder druk gezet en er kwam veel tactiek in de stelling, wat wit niet te boven kwam. Zwart won na een combinatie een kwaliteit en daarmee eigenlijk ook de partij.

Op bord 9 speelde Sjef Rijnaarts met zwart tegen Frank Kroeze. Er kwam een Dxd4-Siciliaan op het bord. Wit kreeg meer ruimte, maar zwart kreeg het loperpaar. Wit ging zich op de zwarte koningsstelling concentreren, terwijl zwart het bij de witte koningsstelling probeerde. Wit was echter veel sneller en toen wit zijn h-pion naar h6 had geduwd, leek het er ook op dat wit ging winnen. Wit liet echter de zwarte dame toe op b4, waarna zwart wat tegenspel kreeg en de stelling niet zo duidelijk was. De witte aanval leek nu gestremd, terwijl zwart nog volop bezig was. Er werden stukken geruild en wit offerde een pion om de h-lijn te openen. Deze werd echter benut door zwart die daarmee steeds meer spel kreeg. Dat leidde uiteindelijk tot twee pionnen meer in het toreneindspel, wat Sjef ook niet meer weggaf.

Op bord 10 speelde Tom Meurs met wit tegen een oude bekende van Apeldoorn, Christian Richter. Christian draaide geen goed seizoen, maar tegen Apeldoorn wist hij wel een puntje te pakken. Het werd een Spanjaard en wel de Smyslov-variant. Het werd een statische stelling toen wit alles dichtschoof op de damevleugel en wit stond nog steeds iets beter vanwege zijn ruimte-overwicht. Aangezien de damevleugel dicht was, begonnen beiden te spelen op de koningsvleugel, wat gunstiger uitpakte voor zwart. Wit liet wat gaten toe en toen hij ook nog eens met 38.Le3 een pion weggaf, leek de partij gespeeld. WIt speelde nog door, miste nog een truc (gaf weer een pion weg), speelde nog een paar zetten en gaf toen op.

Uiteindelijk een resultaat van 6-4, waarmee Apeldoorn dik tevreden kan zijn.
   Homburg Apeldoorn       - Braceland ESGOO      6 - 4 
1. Artur Jussupow - Rafael Fridman ½ - ½
2. Alexander Kabatianski - Nikolas Lubbe 1 - 0
3. Roeland Pruijssers - Zyon Kollen ½ - ½
4. Sebastian Siebrecht - Vyacheslav Klyuner 1 - 0
5. Ilja Zaragatski - Paul Bierenbroodspot 1 - 0
6. Merijn van Delft - Ron Wagenaar ½ - ½
7. Stefan Kuipers - Jaap Vogel ½ - ½
8. Arthur vd Oudeweetering - Michael Feygin 0 - 1
9. Sjef Rijnaarts - Frank Kroeze 1 - 0
10.Tom Meurs - Christian Richter 0 - 1
Alle partijen in pgn
Zege schakers Homburg op Esgoo (de Stentor)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten